Datum: 14 december 2011, 19.30 – 21.30 uur
Locatie: MC Theater Polonceaukade 6, Amsterdam
Aanwezigen
dhr. G. Lambriex, portefeuillehouder Cultuur Stadsdeel West
dhr. H. van Velzen, directeur Openbare bibliotheek Amsterdam (OBA)
dhr. F. Meijer, vm. directeur bibliotheek Rotterdam
Medewerkers stadsdeel en OBA
Circa 40 betrokkenen, bewoners
Voorzitter
dhr. H. Huijssoon
1. Opening
Dhr. Huijssoon (Hans) is als onafhankelijk voorzitter gevraagd om vanavond de discussies te leiden. Hij heet de bewoners, waarvan veel uit de Spaarndammerbuurt en overige gasten hartelijk welkom. Er zijn circa veertig bezoekers waarvan een aantal het actiebord Red de Bibliotheek dragen.
Ieder wordt verzocht zijn of haar naam en mailadres achter te laten op de presentielijst voor de ontvangst van het verslag van deze avond en voor informatie over de bespreking en besluitvorming in het DB, de daarop volgende inspraakmogelijkheid voor bewoners en de besluitvorming in de Stadsdeelraad.
De agenda voor vanavond luidt:
1. Presentatie door dhr. Meijer
2. Reactie OBA, dhr. Van Velzen en Stadsdeel West, dhr. Lambriex
3. Reacties, vragen, suggesties bewoners
4. Afsluiting door de voorzitter
Het gaat vanavond over de filialen van de Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA) in het Stadsdeel West. Het Dagelijks Bestuur (DB) van stadsdeel West heeft in het coalitieakkoord opgenomen dat in Amsterdam West structureel één miljoen euro wordt bezuinigd op bibliotheekwerk.
Dhr. Meijer, voormalige directeur van de Centrale Bibliotheek Rotterdam, is gevraagd om de werkgroep Scenario-ontwikkeling te leiden. De werkgroep bestond uit medewerkers van de Openbare Biblitoheek Amsterdam (OBA) en stadsdeel West.
Na de toelichtingen van dhr. Meijer, dhr. Van Velzen en dhr. Lambriex zal dhr. Huijssoon eventuele onduidelijkheden nog laten toelichten. Daarna krijgt ieder de gelegenheid om vragen te stellen of suggesties te doen.
2. Presentatie door de heer Meijer
Dhr. Meijer heet ieder welkom. In Rotterdam werkte hij als directeur van de Centrale Bibliotheek, die een netwerk van 25 filialen telde. De OBA telt 28 filialen. Aan de hand van sheets gaat dhr. Meijer in op de ligging en spreiding van de bibliotheekfilialen waar bewoners uit het Stadsdeel West gebruik van maken. De Centrale Bibliotheek in Amsterdam is sinds 07-07-2007 (7-7-7) gevestigd langs de Oosterdokskade.
Bij de sheet met afstanden tussen de onderlinge filialen wordt vanuit de zaal opgemerkt dat de afstand tussen de Spaardammerweg en de locatie in de Staatsliedenbuurt geen 1150 maar circa 1750 m is. De afstanden zoals aangegeven op zijn sheet zijn hemelsbreed gemeten, aldus de heer Meijer. Voordat sprake was van de bezuiniging op het bibliotheekwerk, was al sprake van het plan om De Hallen, de voormalige tramremise, als ontwikkelingslocatie voor de Kinkerbuurt te gaan gebruiken. Dhr. Meijer heeft bij de beoordeling van de locaties ook gelet op de bereikbaarheid voor de circa 30 basisscholen in het stadsdeel. Hem is gevraagd om meerdere scenario’s op te stellen; uiteenlopende ideeën om in 2014 structureel één miljoen euro te bezuinigen op het bibliotheekwerk in Amsterdam West.
Sinds juni 2011 is gewerkt aan de ontwikkeling van verschillende scenario’s. De bijeenkomst van vanavond vindt plaats om bewoners te horen over die scenario’s.
De scenario’s worden met eventuele aanpassingen naar aanleiding van vanavond, voorgelegd aan het DB. Daarna volgt een formele inspraakprocedure en zal het DB haar besluit ter besluitvorming voorleggen aan de Raad.
Bij het opstellen van de scenario’s is gelet op:
- de ligging van de filialen ten opzichte van elkaar, de Centrale Bibliotheek en scholen
- de grootte en bereikbaarheid van de individuele filialen
- de populariteit (Ledenaantal, bezoekersaantal, gemiddelde verblijfsduur, etc.
- de functies (het huidige gebruik)
- welke doelgroepen vooral van belang zijn (vnl jongeren, ook senioren)
- de bezuiniging per scenario
Dhr. Meijer voegt hieraan toe dat het rapport Red de Spaarndammer Bibliotheek zeker niet onopgemerkt is gebleven.
Dhr. Meijer geeft een toelichting bij de opgestelde scenario’s:
Scenario 1: voor het filiaal in de Spaarndammerbuurt een jeugdpunt laten terugkomen in een nieuwe goedkopere locatie, eventueel in de nieuwe Houthavens en de locatie Bos en Lommer sluiten. In de Kolenkitbuurt kan dan juist een jeugdpunt worden geopend. Dit scenario levert een totaalexploitatie op van €1,9 miljoen euro op.
Scenario 2: hierbij blijven de filialen in de Staatsliedenbuurt en die langs het Mercatorplein in tact. Het filiaal Spaarndammerbuurt wordt beperkt tot een jeugdpunt, het filiaal in de Kinkerbuurt wordt verplaatst naar de Hallen en het filiaal Bos en Lommer wordt verkleind en beperkt tot een jeugdpunt. Totaalexploitatie €2,3 miljoen.
Scenario 3: de filialen Bos en Lommer, Staatsliedenbuurt en Spaarndammerbuurt blijven in tact maar de filialen Staatsliedenbuurt, Mercatorplein en filiaal Bos en Lommer worden een stuk verkleind, Kinkerbuurt verplaatst naar Hallen. Dit levert een exploitatie op van €2,7 miljoen.
Scenario 4: alle filialen sluiten en in de Hallen en langs het Mercatorplein grotere filialen openen, in combinatie met kleine uitleenpunten bij scholen, multifunctionele centra of andere centrale kleine plekken, gericht op de doelgroepen. Dit levert een exploitatie op van €2,2 miljoen.
Scenario 5: dit scenario is zo ‘wild’ dat niet is doorberekend wat het financiele resultaat zou zijn. Dhr. Meijer licht hem wel toe: ieder filiaal inrichten met een bepaald profiel of doelgroep. Dus een filiaal voor ouderen, een filiaal voor jongeren, één voor alleen uitlenen: ieder filiaal specialiseren of uitsorteren op functies. Vanuit de zaal worden verschillende verontwaardigde reacties gegeven. De bewoners vinden dit geen reëel scenario. Dhr. Meijer bevestigt dat dit scenario ongewenst is en stemt ermee in om hier geen tijd meer aan te besteden.
Scenario 6: alleen de filialen Bos en Lommer en de Hallen in tact houden, met in het achterhoofd dat de Centrale Bibliotheek nu al veel bezoekers uit de wijken trekt. Dit levert een totaalexploitatie van 2,4 miljoen euro op.
Scenario FM (het door dhr. Meijer geadviseerde scenario): het filiaal Bos en Lommer verkleinen door de oppervlakte te beperken en eventueel te verplaatsen naar de begane grond, met behoud van alle functies, omdat het filiaal Bos en Lommer het drukst bezochte filiaal is in Amsterdam West en het op één na drukst bezochte in Amsterdam als geheel.
-> Het filiaal Spaarndammerbuurt een inwonende partner laten zoeken en de functies vooral richten op 0 – 14-jarigen, omdat dit filiaal aanzienlijk minder bezoekers krijgt dan andere filialen.
-> Het filiaal in de Kinkerbuurt laten verhuizen naar de Hallen, wat in principe budgettair neutraal is en dient te gebeuren.
-> De filialen Mercatorplein en Staatsliedenbuurt ongewijzigd handhaven.
De in drie filialen voorgestelde veranderingen vergen behoorlijke vervolgacties. Dit advies haalt op €3 ton na de beoogde bezuinigingstaakstelling. Dit scenario wordt door de heer Meijer geadviseerd.
Dhr. Meijer wordt bedankt voor zijn toelichting.
3. Reactie OBA (Hans van Velzen) en Stadsdeel West (Godfried Lambriex)
Dhr. Van Velzen krijgt het woord voor zijn visie als directeur OBA. Dhr. Van Velzen meldt dat de OBA voor heel Amsterdam gesprekken voert met subsidiënten over de financiering. Stadsdeel West bezuinigt 30% op bibliotheekwerk. Andere stadsdelen bezuinigen gemiddeld 10%.
De OBA en het Stadsdeel West willen de kwaliteit van het aanbod en de spreiding zoveel mogelijk behouden
Een bezoeker vraagt of hierbij geen rekening is gehouden met de 2000 nieuwe woningen in de Spaarndammerbuurt. Er wordt geantwoord dat dit geen effect heeft op het scenario FM.
De OBA is een voorstander van scenario FM, omdat daarbij de bibliotheekvoorzieningen zo goed mogelijk in stand worden gehouden.
Portefeuillehouder Lambriex krijgt het woord. Hij is blij met de grote opkomst voor deze avond en met het terugzien van mensen, die hij eerder over het bibiotheekwerk hoorde of sprak. Zoals maanden geleden is afgesproken, worden vanavond de scenario’s en oordeelsvorming van de OBA en het Stadsdeel hier besproken, zodat de vragen en suggesties van inwoners gehoord zijn, voordat er een voorstel voor het DB wordt opgesteld. Betreffende het besluitvormingsproces vult hij aan dat hij rond de kerst nadenkt over zijn voorstel dat hij vervolgens aan het DB en aansluitend aan de stadsdeelraad gaat voorleggen. Ook komt er formele inspraak voor bewoners.
Een bezoeker vraagt waarom in de overige stadsdelen op bibliotheekwerk 10% wordt bezuinigd en in West 30%? Het antwoord op die vraag volgt bij agendapunt 4.
Dhr. Lambriex meldt dat sinds juni 2011 is overlegd over mogelijke bezuinigingsmaatregelen. De nu voorliggende scenario’s wil hij beoordelen op basis van het gebruik van de huidige locaties en functies. Hij vindt “laten lezen” en het aantrekkelijk maken van boeken een kerntaak van een bibliotheek. Het behoud van functies die ver afstaan van die kerntaak, kunnen volgens de portefeuillehouder eventueel naar rato minder prioriteit krijgen binnen het bibliotheekwerk. De portefeuillehouder kiest bij voorkeur voor het behoud van spreiding van locaties in de wijk, bereikbaarheid, het aanbod voor jeugd en de aandacht voor veiligheid.
Vooralsnog gaat zijn voorkeur uit naar scenario FM, waarbij de locaties Bos en Lommer en Staatsliedenbuurt open blijven en de locatie Spaarndammerbuurt een jeugdpunt wordt. Met dit scenario wordt structureel circa € 700.000,- bezuinigd, dus moeten er nog andere maatregelen gevonden worden om nog € 300.000,- structureel te bezuinigen. Hij denkt dat dat kan. Hij denkt hierbij aan een beperking van de functies in het filiaal Bos en Lommer en aan het terugbrengen van het filiaal Spaarndammerbuurt tot een jeugdpunt. Hij wil afwegen wat kernfuncties van een bibliotheek zijn en welke voorzieningen ook elders kunnen worden opgevangen. Zo wil hij op vijf locaties een filiaal open houden, focussen op de doelgroep jeugd en op een selectief productenaanbod van de OBA, door te gaan benoemen welk aanbod verder afstaat van de OBA-kerntaken. Zo wil hij blijven zorgdragen voor locatiespreiding en een kwalitatief goed aanbod in de individuele filialen.
4. Reacties, vragen, suggesties bewoners
Dhr. Huijssoon bedankt de heren Van Velzen en Lambriex voor hun toelichtingen. De bezoekers krijgen nu de gelegenheid om via een zaalmicrofoon te reageren.
Dhr. M. Wouthuizen, voorzitter van de organisatie ANBO West, krijgt als eerste het woord.
Hij meldt dat veel ouderen, met name leesgroepen, gebruik maken van een bibliotheek.
Hij is geschokt over dat op bibliotheken in overige deelgebieden in Amsterdam 10% wordt bezuinigd op die in West 30%. Hij vraag wat de portefeuillehouder hierover kan zeggen. De uitspraak van de portefeuillehouder dat hij tijdens de kerst wil nadenken over de invulling van € 300.000,- bezuiniging, die niet via een scenario behaald wordt, schept bij dhr. Wouthuizen verwachtingen.
Dhr. Lambriex antwoordt op de laatste opmerking, dat hij met de Stadsdeelraad heeft afgesproken dat hij die tijd nodig heeft om te denken en consulteren over hoe 1 miljoen euro bezuinigd kan worden, voordat er contractueel zaken worden gedaan. Het is een groot en belangrijk besluit, waarvoor voldoende politiek draagvlak nodig is.
Wat eventuele verwachtingen betreft, verwijst hij naar het duidelijk toegelichte proces en zijn beoordeling van de scenario’s.
Hij plaatst een kanttekening bij het bezuinigingspercentage voor andere wijken. Na de bezuinigingen geeft stadsdeel West in verhouding nog het meeste uit aan bibliotheekwerk, terwijl haar inwoneraantal in verhouding niet hoger is.
Dhr. Huijssoon vraagt dhr. Van Velzen hoe zich dit verhoudt tot de rest van de stad? Dhr. Van Velzen meldt dat de genoemde 10% een gemiddelde is. In de centrale stad moet 7 % bezuinigd worden. Er is wel sprake van een gelijke verspreiding van de bezuiniging. Er wordt uitgegaan van 36.000 inwoners per gemiddeld filiaal. In West zijn in verhouding hogere kosten door bij voorbeeld de grote en dure locatie waarin het filiaal Bos en Lommer gevestigd is. Dit is een bewuste keuze maar ook een blok aan het been. Dhr. Van Velzen meldt dat het bibliotheekaanbod in West vergelijkbaar blijft met het aanbod in de overige stadsdelen.
Dhr. A. Galac, inwoner van Bos en Lommer, noemt dat hij niet weet in hoeverre er een stap terug moet worden gezet maar hij vindt het goed om de filialen te behouden in ruimten met een lagere huurprijs.
Hij vindt het ook goed dat in een bibliotheek wel boeken kunnen worden geleend maar geen kranten en tijdschriften en kranten kunnen worden gelezen. Dit is volgens hem veelgoedkoper. Hij adviseert om het reserveren en lenen van boeken in alle bibliotheken in West te regelen via internet.
Dhr. Van Velzen bevestigt dat goedkopere en kleinere huisvesting zoeken een goede maatregel is. Die maatregel levert in Zuidoost ook een belangrijke bezuiniging op.
Dhr. Van Velzen vindt het niet goed om te bezuinigen op functies als studeren of kranten en tijdschiften lezen.
Mw. L. Beetstra, bewoner, vindt het erg jammer dat dhr. Van Velzen het boekje niet in onvangst wilde nemen Het gaat om het boekje dat is gemaakt naar aanleiding van een enquette onder bewoners.
Zij vindt het jammer dat er zo weinig belangstelling is voor de betrokkenheid uit de buurt.
Dhr. Meijer antwoordt dat hij het boekje ontving voor dhr. Van Velzen, omdat hij de logische ontvanger is. Dhr. Lambriex zegt dat hij het rapport met belangstelling ontving.
Mw. L. Beetstra, bewoner, leest de opmerking van een mede buurtbewoonster, die door haar verslechterde gezondheid niet aanwezig kan zijn: “Zeker voor degenenen die aan bed gekluisterd zijn, oud en ziek of gehandicapt, is een bibliotheek belangrijk.”
Mw. Beetstra vult hierop aan dat het jammer zal zijn als door het sluiten van een bibliotheek, ouderen en jongeren niet meer zelfstandig naar een bibliotheek toe kunnen. Zij vraagt hier rekening mee te houden.
Dhr. Meijer antwoordt dat bij de gevoerde discussies al is betrokken dat er maatregelen voor senioren nodig zijn, een aantal belendende maatregelen, voor wat mw. Beetstra bedoelt. Die noodzaak is meegenomen in scenario FM. Dhr. Van Velzen noemt de bestaande voorzieningen: boeken aan huis, eens in de 2 tot 3 weken en daarnaast een aantal bibliotheekvoorzieningen in een aantal verzorgingstehuizen. De bedoeling is volgens dhr. Van Velzen, dat die ook worden opengesteld voor overige ouderen.
Mw. J. Kraay, lid bibliotheek, noemt dat zij twee verhuizingen ziet aankomen en noemt dat de stad slecht is in het voorzien van verhuiskosten. Zij vindt de locatie Bos en Lommer ook te groot. De huidige plek vindt zij een specifieke locatie. Een verhuizing kost veel. Over de tweede verhuizing, die naar De Hallen, noemt ze dat het inrichten volgens haar meer dan een miljoen kost.
Mw. Kraay begrijpt niet dat nu bij die twee verhuizingen geen kosten staan.
Dhr. Meijer bevestigt dat verhuisbewegingen duur zijn. Het zijn volgens hem wel eenmalige kosten om jaarlijks te kunnen bezuinigen. Die eenmalige kosten worden frictiekosten genoemd. Voor die frictiekosten moet een oplossing worden gezocht, zodat er structureel kan worden bezuinigd.
In de desbetreffende OBA-plannen staat dat de verhuizing naar de Hallen ‘budgettair neutraal’ mogelijk is. Die verhuizing staat los van de bezuinigingstaakstelling en gaat sowieso door. Dhr. Van Velzen bevestigt dat dit net besloten is. Er is een huurcontract dat met ingang van 2013 ingaat.
Mw. W. Jobels Bruggeman vraagt of dhr. Meijer er rekening mee heeft gehouden dat de Zeeheldenbuurt en De eilanden bij de Spaarndammerbuurt horen? En dat in de Spaarndammerbuurt voor 2014 2.000 woningen worden gebouwd bij de Houthaven
Dhr. Meijer antwoordt dat hij is geïnformeerd over de 2.000 nieuwe woningen en de omvang van de Spaarndammerbuurt en Houthavens. Hij noemt dat uiteindelijk het beste is om nu in de bestaande omgeving, in de Spaarndammerbuurt, een verkleinde locatie te handhaven. Dit kan op langere termijn, als de Houthavens een volwaardige wijk worden, opnieuw worden bezien.
Mw. Jobels Bruggeman vraagt of er inderdaad niet bezuinigd wordt op de bibliotheek in de Staadsliedenbuurt?
Dhr. Meijer antwoordt dat de filialen Staatsliedenbuurt en Mercatorplein beiden voorbeeldfilialen zijn wat het aanbod en de bezoekers betreft. Het zou dom zijn als die veranderd worden.
Mw. A. van de Storm, bewonerscommissie, vraagt over de Spaarndammerbuurt of daar rekening is gehouden dat sinds 7 jaar steeds woningen gesaneerd worden en dat daardoor steeds veel woningen leeg stonden? En dat de Spaarndammerbuurt pas nog een Vogelaarbuurt was? Zij heeft er geen woorden voor dat hier op een bibliotheek wordt bezuinigd. Zij is verontwaardigd. Sociale woningbouw vindt men belangrijk, het niveau van de wijk moet omhoog en er moet meer differentiatie komen onder de bewoners. Zij heeft geen woorden voor de voorgestelde bezuiniging in deze wijk.
Dhr. Meijer antwoordt dat dit oordeel niet alleen zijn mening is. Bij de beoordelingen is gezien dat het aantal bewegingen en bezoekers in dit filiaal nogal laag is en dat een aantal functies makkelijk kunnen worden verplaatst naar de Centrale bibliotheek.
Dhr. Huijssoon benadrukt dat werd genoemd dat het bezoekersaantal van de bibliotheek in de afgelopen jaren afnam doordat de helft van de woningen leegstond. En dat de buurt nu moet verbeteren, maar door de bezuiniging op de bibliotheek minder aantrekkelijk wordt voor nieuwe bewoners.
Dhr. Meijer antwoordt dat er nu moet worden gefocust op nu tot 2014. Als zoals mw. Van de Storm verwacht, het bezoekersaantal groeit en meer functies gewenst zijn, kan opnieuw worden gekeken naar de omvang en functies van dit filiaal. Vooralsnog is de doelgroep beperkt en moet hiernaar worden gehandeld.
Mw. A. Kuiper, bewoner Spaarndammerbuurt, concludeert dat er niets verandert voor de filialen Mercatorplein en Staatsliedenbuurt omdat die goed functioneren. Maar eigenlijk kan iedereen een beetje inleveren. Als het huurcontract voor het filiaal Spaarndammerbuurt nog niet is opgezegd en in de Kinderbuurt ook wat wordt ingeleverd, kan dat?
Dhr. Meijer antwoordt dt hij principieel tegen de kaasschaafmethode is omdat dit geen principiele keuze zou zijn.
Dhr. R. van de Wetering meldt dat hij sinds april in de buurt actie heeft gevoerd en dat dit 200 nieuwe leden erbij opleverde. Hij is tegen een beperking van het filiaal Spaarndammerbuurt tot functies voor één doelgroep. Dit heeft weinig zin volgens dhr. Van de Wetering. Een inwonende partner zou volgens hem eventueel kunnen. Hij is niet voor verhuizen uit de Spaarndammerstraat omdat dit een leemte zou geven in het winkelgebied en de bibliotheek zou de loop naar de bibliotheek missen vanaf de winkels. Juist voor ouderen is die bereikbaarheid belangrijk. Naar de Centrale Bibliotheek reizen kost veel moeite. Er moeten veel wegen overgestoken worden en er is op die route veel druk verkeer. Het huidige filiaal geeft ook aanzien aan het winkelgebied.
Dhr. Huijssoon vraagt dhr. Meijer of 60+-ers niet meer terecht kunnen in de bibliotheek Spaarndammerbuurt, als daar wordt gefocust op 0-14 jarigen?
Dhr. Meijer bevestigt zijn advies om daar het accent in de functies op die voor 0-14 jarigen te leggen. Hij noemt dat er keuzes moeten worden gemaakt. 0 – 14 Jarigen zijn minder mobiele kinderen die een filiaal in de directe omgeving het meeste gebruiken. Andere mensen hebben meer mogelijkheden om een filiaal in een andere buurt te bezoeken.
Dhr. Van Velzen noemt dat circa 80% van de huidige gebruikers daar jeugdigen zijn. Laten we die functie dus in stand houden. Andere doelgroepen kunnen daar wel blijven bestellen.
Mw. M. Steekelenburg, frequente bezoeker van filiaal Spaarndammerbuurt voor de kranten en boeken en onderzoeker van beroep, merkt op dat zij in de presentatie concrete cijfers mist. Zij mist ook een omschrijving van wat er met een jeugdpunt wordt bedoeld. Zij vraagt of moeders die een schriftelijke cursus Nederlands willen volgen, straks bepaalde boekjes voor zichzelf niet meer in de eigen wijk kunnen lenen? De buurt is gemengd samengesteld en kent een behoorlijk percentage laag opgeleide inwoners. Moet juist hier de kans verdwijnen om een buurtkrant, Echo of Parool te lezen? En kunnen docenten en vrijwilligers die Nederlandse taalles geven met een dergelijke mevrouw straks niet meer naar een buurtpunt om die boekjes in te zien?
Daarbij noemt mw. Steekelenburg dat de route naar de Centrale Bibliotheek een drukke route is. Ze noemt ook de stukjes in de kranten over hoe moeilijk het is en hoeveel energie het kost om vanaf de Spaarndammerbuurt naar het centrum te komen.
Mw. Steekelenburg vraagt of vage benamingen kunnen worden geconcretiseerd. Zij kan nu geen goede beoordeling maken.
Dhr. Meijer antwoordt dat mw. Steekelenburg als onderzoeker deskundiger is dan hij. Hij heeft geen heeft onderzoek uitgevoerd. Hij gebruikte cijfers uit jaarverslagen van de desbetreffende bibliotheken. Die spreken volgens dhr. Meijer boekdelen over de bezoekersaantallen en de gemiddelde verblijfsduur van bezoekers.
Mw. Steekelenburg antwoordt dhr. Meijer dat die cijfers geen onderzoeksgegevens zijn. Zij kan zien welke bezoekers er komen werken of lezen. Dat wordt volgens mw. Steekelenburg niet geteld. Terwijl werken een totaal andere functie heeft dan boeken lenen.
Mw. E. Schoen, regiohoofd OBA Spaarndammerbuurt, meldt dat er nauwkeurig wordt bijgehouden welke bezoekers werken, lenen of tijdschriften lezen. Mw. Schoen meldt dat er sinds circa 30 jaar een speciale afdeling is met een collectie voor ouderen in de Bogt/ Westerbeer. Zij suggereert om te bespreken of die collectie kan worden ververst of vergroot. Daar waar het gebruik veel minder is, vindt zij begrip voor een bezuiniging terecht.
Het filiaal Spaarndammerbuurt is inderdaad het minst dure filiaal, maar ook de duurste als je de kosten omslaat naar het aantal bezoekers.
Dhr. Meijer meldt dat de Centrale Bibliotheek aan postcodes ziet dat daar bezoekers uit alle delen van de stad komen.
Een bezoeker merkt hierbij op dat het erg druk is in de Centrale Bibliotheek en dat daar bijna alleen studenten komen.
Dhr. Van Velzen bevestigt dat onder ‘volwassenen‘ bezoekers van 18 jaar en ouder vallen. En dat kunnen ook studenten zijn.
Mw. Steekelenburg zag bij een scenario dat de huisvesting van filiaal Spaarndammerbuurt ‘in eigendom’ is. Zij vraagt wat dat betekent.
Dhr. Van Velzen antwoordt dat dit pand in eigendom van de Stichting OBA is. Die stichting heeft bepaalde eigendommen.
Mw. Steekelenburg vraagt welke gevolgen dat heeft.
Dat is volgens dhr. Van Velzen eigenlijk weinig. De Stichting OBA draagt hierbij zelf de onderhoudskosten. Dhr. Huijssoon merkt hierbij op dat het niet handig is om vanavond tijd te besteden aan een toelichting op dit soort exploitatiekosten.
Een bezoeker vraagt of is nagedacht over het vergroten van inkomsten, in plaats van alleen bezuinigen. Dus over een creatieve wijze waarop de OBA-begroting sluitend kan worden gemaakt. Hij denkt dat het leegstaande GAK-gebouw goedkoper is, los van de frictiekosten.
Dhr. Meijer antwoordt dat er veel belangstelling is om dit gebouw te gaan gebruiken voor starterswoningen.
Dhr. Meijer heeft geen concrete ideeën geinventariseerd om de inkomsten te vergroten.
Dhr. Van Velzen meldt dat de OBA op een aantal manieren extra inkomsten gaat genereren. Er zijn kostenstijgingen die worden opgevangen door een contributieverhoging. De contributie was iets beneden het landelijke gemiddelde. Met ingang van 1 januari a.s. wordt ook een ander tarievensysteem ingevoerd. Dan wordt internet alleen toegankelijk voor degenen die een gebruikerspad hebben, dus lid zijn. Daarnaast worden kostenbesparingen gerealiseerd door gezamenlijke activiteiten en het delen van kosten met inwonende partners.
Dhr. Lambriex meldt over het voormalige GAK-gebouw dat dit geen gemeentelijk eigendom is en bovendien een dure locatie is. Er zijn meerdere alternatieve locaties waarvan de huurprijs misschien lager is dan de huidige huur- of huisvestingskosten per bibliotheekfiliaal. Dhr. Lambriex benadrukt dat hij nog niet tevreden is met het huidige bezuinigingsresultaat. Misschien is het mogelijk om meer op huisvestingskosten te bezuinigen.
Dhr. Lambriex zal ook gaan uitwerken wat je wel en niet aanbiedt vanuit een bibliotheek. Wellicht zijn er combinaties mogelijk. Los van hoe belangrijk het is dat vrouwen en moeders huis uit komen en taallessen volgen, kan je je afvragen wie of waar je dat laat doen. Dit gesprek wordt nu tussen stadsdeel en OBA gevoerd.
Kranten lezen of internetten in een jeugdbibliotheek zou volgens hem misschien kunnen.
Dhr. Lambriex begrijpt de genoemde zorgen. Er moet worden bezuinigd dus de situatie zal er niet beter op worden. Er wonen nu ook mensen verder weg, dan de getoonde afstanden tussen de huidige filialen. In het stadsdeel West wil men het voorzieningenniveau op pijl houden maar soms moet iets verder gefietst worden of met tram gereisd worden.
Dhr. M. Abma, bewoner Spaarndammerbuurt, vraagt of het Stadsdeel West het VNG-rapport kent over convenanten en over functies met betrekking tot bibliotheken. Volgens dhr. Abma noemt de VNG hierin dat je bij bezuinigingen van meer dan 15% je kan afvragen of er sprake is van onbehoorlijk bestuur. Hij verzoekt de portefeuillehouder om zich hierin te verdiepen. Dhr. Abma begrijpt niet dat het Stadsdeel West 30% moet bezuinigen. Bij zijn verdieping in de achtergronden kwam hij een integraal ontwikkelingsplan tegen. Hij noemt dat bij het halveren van de bibliotheek Bos en Lommer, de kwaliteit van de winkelstraat weer omlaag gaat. Die bibliotheek halveren nadat het buurthuis en andere openbare instellingen zijn geschrapt en nu er een tunnel is zonder luchtzuivering, vindt hij eigenlijk niet reëel. Hij vraagt of het Stadsdeel kan bepleiten dat er elders bezuinigingen worden gehaald.
De portefeuillehouder denkt ook, op basis van antwoorden van mensen die betrokken zijn bij bibliotheken en op basis van de analyse, dat er ruimte is voor een stukje functiebehoud. Als dat niet zo is, moet in de bestaande structuur plaats voor die functies gezocht worden. Het Stadsdeel West moet een buurt met sociale voorzieningen zijn die goed gebruikt worden. Dus met kwaliteit, het moet niet alleen om de aanwezigheid gaan.
Een bezoeker vraagt wat de politieke opvatting is ten opzichte van de kwaliteit en diversiteit van de Spaarndammerbuurt en of rekening wordt gehouden met de 200 nieuwe leden van de bibliotheek Spaarndammerbuurt.
Dhr. Lambriex antwoordt dat in delen van de buurt, met name met de renovatie van de cooperatiewoningen, grote stappen vooruit zijn gezet. . Vanuit de zaal wordt hierbij opgemerkt dat de huidige bewoners juist nu zo bang zijn voor een terugval.
De tunnel voor doorgaand verkeer is er nog niet. Dhr. Labriex noemt hierover dat in andere delen van het stadsdeel offers worden gebracht om de woningbouw in de Houthaven mogelijk te maken. In de huidige economische situatie moet fors bezuinigd worden. In deze situatie probeert hij keuzes te maken, waarbij het gaat om het zoveel mogelijk vrij houden van begrotingsgeld voor welzijn, veiligheid en cultuur. De keuze om te bezuinigen op bibliotheekwerk is mede gebaseerd op een vergelijking met de rest van de stad. Het zou moeten kunnen. Een structurele bezuiniging van 1 miljoen euro moet haalbaar zijn. Hierbij wil de portefeuillehouder ook rekening houden met voorzieningen voor niet mobiele mensen. Hij gaat er wel vanuit dat met de stijging van de kwaliteit in de wijk, het aantal inwoners dat mobiel is gaat stijgen.
Mw. N. Breedveld van het platform Zeeheldenbuurt hoorde dat voor een bibliotheekfiliaal dat eigendom is van de gemeente, een toegankelijkheidskeurmerk is aangevraagd. Zij is er bang voor en bijna zeker van, dat de centrale bibliotheek niet toegankelijk is. Zij wil meegeven dat ouderen en minder valide mensen een bibliotheek hard nodig hebben. Zij noemt dat wordt gewerkt aan een uitbreiding van de woonservice.
Mw. M. van Steekelenburg reageert op de uitspraak van dhr. Meijer, dat er vooralsnog wordt uitgegaan van een korte termijnplanning tot 2014. Zij vindt dit een verspilling van geld en wil langetermijn oplossingen en geen geldverkwisting.
Dhr. Meijer antwoordt dat er vanaf juni beperkte tijd was voor de ontwikkeling van scenario’s dus er was geen diepgaand onderzoek mogelijk. De opdrachtgever vroeg om te focussen op haalbare doelen binnen de bestuursperiode. Hij begrijpt de wens van mw. Steekelenburg maar het is volgens hem algemeen bekend dat het nu moeilijk is om op lange termijn vooruit te kijken.
Dhr. Huijssoon vraagt dhr. Meijer of hij met zijn advies een verspilling van geld verwacht. Dhr. Meijer verwacht dit niet..
De portefeuillehouder noemt dat al rekening is gehouden met planvorming op lange termijn. Met de focus op de doelgroep jeugd wordt rekening gehouden met de ontwikkeling van de Houthavenbuurt en de tunnel. De vernieuwende bevolking zal niet meer behoefte aan bibliotheekfilialen hebben maar een vergelijkbare vraag hebben. Hij ziet die nieuwe bewoners ook in staat om op de fiets naar de bibliotheek in de Staatsliedenbuurt te gaan.
Dhr. R. van de Wetering, buurtbewoner, is verbaasd dat dhr. Meijer zegt dat hij geen onderzoek ter plaatse heeft gedaan. Hij noemt dat dhr. Meijer dus de afstand Spaarndammerbuurt – Centrale Bibliotheek niet heeft verkend en niet weet dat er geen fatsoenlijk openbaar vervoer is voor die route. Het grachtenbusje is volgens dhr. Van de Wetering niet goed. Hij vindt goede bereikbaarheid zonder stress van druk verkeer een eerste vereiste voor bezoekers.
Dhr. Meijer antwoordt dat hij op de fiets de afstanden tussen de verschillende locaties heeft verkend.
Dhr. M. Broek schrijft voor de Staatskrant. Hij zag op de kaart van het voorzieningsgebied van de Spaarndammerbibliotheek dat hierop de eilanden ontbreken. Die vallen inderdaad onder het stadsdeel Amsterdam Centrum maar zij zijn in het verzorgingsgebied van de bibliotheek in de Spaarndammerbuurt ingedeeld.
Ten tweede noemt hij de aangenomen motie van de PvdA waarin staat dat bibliotheken in zwakkere buurten moeten worden ontzien. Het opnemen van de filialen Spaarndammerbuurt en BosenLommerplein is volgens hem strijdig met deze motie. Is dit in overweging genomen?
Dhr. Van Velzen antwoordt dat de Centrale Bibliotheek in Amsterdam Centrum sinds 2007 het merendeel van de bewoners van de Spaarndammerbuurt aantrekt. Het plaatje zonder de eilanden klopte dus.
Dhr. Lambriex antwoordt dat hij de PvdA-motie over bibliotheken kent. Op de kaart van het Stadsdeel West ziet hij meerdere zwakke plekken, die hij liever plekken noemt waar nog verbeteringen gewenst zijn, zoals ook het Mercatorplein en de directe omgeving van de Kinkerbuurtbibliotheek. Toch wordt hier weer naar afstanden en spreiding en naar het belang voor de jeugd gekeken. Hij verwijst naar de afweging van belangen, die vanavond al eerder zijn genoemd.
Dhr. M. Abma meldt dat hij het niet eens is met de bewering dat de telling van volwassenen zuiver is. Zijn lidmaatschapskaart uit de Kinkerbuurt is nooit omgezet naar waar hij nu woont, omdat de bibliotheek daar geen belang bij had. Onder de 200 nieuwe leden van de bibliotheek in de Spaarndammerbuurtzijn zitten circa 50 leden die niet nieuw zijn maar nog ergens anders ingeschreven stonden. Zij zijn overgehaald om dit om te zetten, om de statistieken zuiver te krijgen.
Dhr. Van Velzen antwoordt dat met circa 60.000 leden een telling op basis van de postcode de enige mogelijkheid is. Op basis van die postcodegebieden wordt beoordeeld hoeveel bezoekers er uit het eigen of uit een ander verzorgingsgebied komen. Er wordt bevestigd dat niet alle adreswijzigingen verwerkt worden.
Een bezoeker las in de PvdA-motie dat meer kleinschaligheid en terug naar de burgers hoog in het vaandel staat. Met deze motie als voorbeeld, is een bibliotheek die terug moet naar alleen lezen en uitlenen en kritisch kijken naar functies die verder van een bibliotheek afstaan dan nodig?
Dhr. Huijssoon noemt dat de OBA met haar functies veel verder gaat dan de cultuur bevorderen. Daarom kan het zo zijn dat er misschien WMO-geld naar bibliotheken zal gaan. Dhr. Meijer wordt met het oog op de tijd, niet om een reactie gevraagd.
Mw. S. Fatels, bewoner Staatsliedenbuurt, vraagt in aansluiting op de reactie van dhr. Abma, of er geld uit een andere cultuurpotje aan bibliotheken kan worden toegekend, zodat de huidige bibliotheken open blijven? In het mogelijk om anders om te gaan met de exploitatiekosten? Kunnen bibliotheken aantrekkelijker gemaakt worden zodat zij beter bezocht worden? Bibliotheken zijn nu een aantal dagen per week dicht. Misschien kan een andere gebruiker de ruimten dan gebruiken, wat geld opbrengt?
Dhr. Huijssoon antwoord dat een uitwisseling van begrotingsgeld uit cultuurpotjes een puur politieke keuze is.
De portefeuillehouder zou het willen als het kan maar er vond al een integrale afweging plaats en dit is de uitkomst. Hij benadrukt dat die uitkomst een bewuste afweging is. Wie zich hier niet in kan vinden kan de Stadsdeelraad hierover benaderen.
Een bezoeker noemt als mogelijke medegebruiker van een bibliotheekruimte een coffeecorner.
5. Afsluiting door de voorzitter
Dhr. Huijssoon herinnert ieder eraan om zijn of haar mailadres achter te laten op de presentielijst, voor het ontvangen van het verslag van vanavond.
Dhr. Lambriex neemt de reacties van vanavond mee bij het opstellen van zijn voorstel voor het DB en de raad. Hierop volgt voor bewoners en overige belangstellenden een officiële inspraaktermijn om eventuele bezwaren of andere ideeën nog in te brengen. Daarna volgt het besluit door de Stadsdeelraad.
Wie zich vanavond opgeeft voor de ontvangst van het verslag via de mail krijgt ook een aankondiging van de data waarop de besprekingen in de stadsdeelraad plaatsvinden.
Dhr. Huijssoon bedankt ieder voor zijn of haar komst en de reacties op de voorstellen en sluit de bijeenkomst.
-------------
Hier en daar wat slordigheden en onjuistheden in het verslag. Correcties kunnen hieronder worden opgeschreven. Vriendelijk dank alvast, BBBB.